Op vrijdag 10 februari ging Jan Dirk van de Voort van kaasmakerij Remeker na afloop van de film Cow in gesprek met het filmpubliek.
De film gaf een realistisch en rauw beeld van het leven van de koe, Luma. Voor het produceren van steeds meer melk moet een koe een kalf krijgen en dat gebeurde in de film elk jaar. Flinke opgave voor een koe. Dat kost veel energie, die niet alleen uit het voer gehaald kan worden.
Jan Dirk vertelde over het voordeel van gehoornde koeien, eigenlijk dus zoals ze geboren worden. In de reguliere veehouderij worden de hoorns verwijderd, maar de stoffen van de hoorns zorgen juist voor de benodigde mineralen van de koe waardoor er bij gehoornde koeien niet of nauwelijks klauwproblemen voorkomen. Ook kwam de bodem ter sprake en natuurlijk wat er op groeit. Wanneer er kunstmest gebruikt wordt, zal de grond verarmen waardoor er dan steeds meer kunstmest nodig is om producten, hier dus goed gras te produceren.
Daarom moet er weer bijgevoerd worden met brokken waarvoor het darmstelsel van de koe anders moet zijn. Hier is de reguliere koe op doorgefokt. Probleem is dan weer dat er andere mest uitkomt.
Conclusie is dat boeren in de tang gehouden worden door kunstmest- en brokkenproducenten en door de zuivelindustrie.
Bij het bedrijf van Jan Dirk heeft het zo’n acht jaar geduurd om de overgang naar biologisch te maken. Er wordt nu geen gebruik gemaakt van antibiotica en kunstmest, de koeien worden nauwelijks bijgevoerd met brok, worden niet onthoornd en hoeven niet elk jaar een kalf te krijgen. Gevolg: minder melk, maar wel veel lekkerder. Beter voor dier, milieu en consument